• Wat is er mis? Vogels kunnen om verschillende redenen hulp nodig hebben: aanrijdingen, olie, prikkeldraad, ramen, katten, ziekte, ... Door deze vele redenen hebben ze vaak gespecialiseerde hulp nodig. Probeer ze dus niet zelf te verzorgen, maar breng een vogel in nood zo snel mogelijk binnen in een erkend opvangcentrum.
• Safety first. Indien het dier zich in een gevaarlijke situatie bevind, zoals op een dak of op een snelweg, dan contacteer je best de brandweer of politie. Zo bewaar je de veiligheid voor jezelf en voor het dier.
• Beperk stress. Wilde dieren zijn zeer gevoelig aan stress, vooral als ze gewond zijn. Vermijd daarom stress factoren als lawaai, fel of flitsend licht en overmatige aanraking.

• Scherpe snavels. Wanneer je een vogel probeert te vangen, let op voor scherpe snavels en/of klauwen.
• Traag benaderen. Om te voorkomen dat het dier vlucht is het belangrijk om het eerst traag te benaderen en pas de laatste meters te lopen. Indien het een vogel aan zee betreft, wandel eerst tot aan de waterlijn en dan pas richting de vogel. Zo voorkom je dat het de zee in vlucht.
• Zachtjes vangen. Probeer het dier zo rustig mogelijk te pakken, eventueel met behulp van een handdoek, een schepnet of een jas.
• Prikkeldraad knippen. Vogels die vasthangen in prikkeldraad nooit losmaken, maar aan beide zijden de prikkeldraad losknippen en zo volledig meenemen.
• Indien het niet mogelijk is zelf een vogel te vangen, contacteer ons op 059 80 67 66.

Eens gevangen kan je het dier binnen onze openingsuren binnen brengen. We zijn in de maanden juni-juli-augustus open tussen 9:00-12:30 en 13:30-21u30. Tijdens andere maanden zijn we open tot 17u30. Doos???

• NIET VOEDEREN. De voedingsnoden van vogels lopen uiteen van soort tot soort, en er kan al snel iets verkeerd gaan indien ze het verkeerde eten krijgen. Daarboven worden de problemen van gewonde of zieke dieren niet opgelost door ze eten of drinken te geven. Laat het voederen daarom over aan onze medewerkers.
• Donker en ademruimte. Vervoer de vogel eens gevangen in een donkere (liefst kartonnen) doos die voldoende ruimte en luchtgaten heeft.
• Op temperatuur. Hou volwassen dieren op kamertemperatuur. Jonge dieren vereisen echter warmere temperaturen, anders kunnen ze onderkoeld geraken en sterven. Wikkel een fles warm water in een doek en hou het naast het dier om het warm te houden.
• Steun bij breuken. Indien de vogel iets gebroken heeft wikkel je het best in een doek om overbodige beweging te beperken.

Terugzetten

Jonge vogels kunnen zeer hulpeloos lijken wanneer je ze aantreft, maar zijn dit vaak niet. De meeste nestjongen vliegen te vroeg uit hun nestje en kunnen nog net niet vliegen. Wees gerust, de ouders zijn steeds vlakbij.

Als zo een vogeltje nog te klein is (onvolledig verenkleed) of zich in een benarde situatie bevindt (bv. op straat), dan ga je op zoek naar het nestje en zet je het gewoon terug. Jonge vogels kunnen immers door niemand beter dan door hun eigen ouders grootgebracht worden. Bij twijfel kan je ons steeds bellen.

Binnenbrengen indien:

• Beide ouders dood zijn
• Het jong gekwetst is
• Het jong nat en onderkoeld is
• Het nest kapot is
• Het jong gepakt is door de kat. Zelfs al ziet u geen verwondingen, het gevaar van een bacteriële infectie is heel hoog.

Zie eerdere punten voor informatie bij het vangen en binnenbrengen van dieren.

Probeer nooit jonge vogels zelf op te kweken.

Elk jong heeft specifieke voeding en zorg nodig. GEEF NOOIT KOEMELK OF BROOD AAN EEN JONGE VOGEL.

Voor meer uitleg, zie dossier nestjongen. (link toevoegen)

Exotische vogels zoals papegaaien, parkieten, kaketoes worden vaak gedumpt of zijn ontsnapt uit hun kooitje. De dieren die bij ons worden binnengebracht proberen we een nieuwe huis te geven. Maar dit is niet altijd even eenvoudig. Het is ook niet makkelijk om ze op een goede manier te huisvesten en voldoende ruimte te geven. We raden iedereen sterk af om een exotische vogel aan te schaffen. Je veroordeelt onze gevleugelde vrienden immers tot een levenslange opsluiting.